Vorige week heeft de rechtbank het beroep van minister Demir tegen het op 1 januari door de VREG ingevoerde capaciteitstarief verworpen. Vlaams volksvertegenwoordiger Robrecht Bothuyne (cd&v) ondervroeg de minister over de gevolgen van haar nederlaag voor de rechtbank.
Bothuyne: ‘De minister lijkt zich neer te leggen bij de beslissing en wil nu voorzien in flankerend beleid. Zo wil ze de bestaande premie voor energiezuinige huishoudtoestellen uitbreiden naar de groep kleine verbruikers die 45 tot 100 euro extra kosten zouden hebben door de invoering van het capaciteitstarief.’
De doelstelling van het capaciteitstarief zijn nobel: onze elektriciteit slimmer gaan gebruiken om zo het net niet te zwaar te belasten en investeringen daarin niet nodeloos hoog te laten oplopen. Volgens de recentste schattingen kunnen we met het capaciteitstarief zo'n €3 miljard aan investeringen in het net uitsparen. Dat komt neer op €1000 voor een modaal gezin tegen 2040.
Uit een studie van de UGent in opdracht van VEKA is echter ook gebleken dat een groep van zeer kleine verbruikers (met een verbruik <900 kWh op jaarbasis) altijd meer zal betalen onder een capaciteitstarief dan onder een kWh-gebaseerd nettarief. Vaak zijn dat tweede verblijven, maar in zowat 10000 gevallen ook gezinnen en alleenstaanden in energiearmoede. We vinden het onrechtvaardig dat deze groep extra hard wordt getroffen. Voor die groep wil minister Demir nu, uiterlijk vanaf 1 januari een kortingsbon van 250 euro voor de aankoop van bepaalde energiezuinige huishoudtoestellen deze stijging van het nettarief dan ook compenseren. Het gaat om een koelkast met of zonder vriesvak; een wasmachine; een diepvriezer; een droogkast. Bothuyne: ‘Deze premie bestaat al voor onder andere mensen met sociaal tarief. Vorig jaar werd er voor het eerst meer dan 20000 keer gebruik van gemaakt. Deze uitbreiding kan dus wel structureel helpen: er wordt minder energie verbruikt met de nieuwe zuiniger toestellen en het piekverbruik zal ook lager liggen. Zo daalt de energiefactuur van deze kleingebruikers, vaak alleenstaanden, structureel met al snel 50 euro per jaar.’
Fundamenteel moet voor cd&v het capaciteitstarief snel worden geëvalueerd en bijgesteld. We denken onder meer aan een sterkere focus op gezinnen en alleenstaanden met grote stuurbare stroomverbruikers zoals elektrische auto's en warmtepompen. Ook zorgt de manier waarop de VREG het tarief invoerde er niet voor dat structureel piekverbruik vermeden wordt, maar focust het op eenmalige piekverbruiken. Dat moet anders, bijvoorbeeld door voor elke maand een gemiddelde te nemen van de 10 hoogste pieken. Eenmalige piekverbruiken, zoals bij familiefeesten, worden zo minder sterk afgestraft. Niet elke verbruikspiek is even belastend voor het net: het laden van een elektrische wagen om 19u 's avonds is veel meer belastend, dan het laden om 3u 's nachts. Het tarief houdt hier geen rekening mee. Daarom pleiten we voor helder, maar (semi-)dynamisch capaciteitstarief (cf. oude nachttarief, of vier tijdsblokken met elk een eigen tarief zoals men in Wallonië van plan is).
Robrecht Bothuyne (cd&v): ‘Daarom heb ik voorgesteld om de Vreg naar het parlement te halen voor een hoorzitting. We moeten zo snel mogelijk werk maken van een evaluatie en doorstart van het tarief. We willen een beter en rechtvaardiger tarief. En liefst zo snel mogelijk. Daarom is het belangrijk dat de Vreg luistert naar het parlement.’ De commissie energie voorziet de hoorzitting met de Vreg volgende maand.
Daarnaast voorziet cd&v ook een online infosessie op maandagavond 20 maart. Zowel de Vreg als fluvius lichten dan toe hoe dat tarief in elkaar zit, wat het plan is voor de toekomst en vooral hoe je slim kan omgaan met dat tarief om zo energie en geld te besparen. Inschrijven kan via www.cdenv.be/kalender/infosessie-capaciteitstarief.